Op 16 mei 2024 lag het er: een definitief Hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB. Daarin wordt ingegaan op het aanpakken van de woningcrisis: er komt onder andere een coördinerend minister en het doel is om structureel 100.000 woningen per jaar te bouwen. Maar wat verandert er nu concreet? Philip Bokeloh, senior econoom bij ABN AMRO, vertelt dat je je als hypotheekadviseur nog niet direct hoeft aan te passen aan de plannen uit het Hoofdlijnenakkoord.


‘Als hypotheekadviseur merk je niet direct iets van de plannen in het Hoofdlijnenakkoord. Daarin ligt de focus namelijk vooral op het bevorderen van de woningbouw; de fase vóór het hypotheekadviesproces. Qua fiscaliteit verandert er nog weinig, afgezien dan van plannen om de eerste inkomstenbelastingschijf aan te passen. Daardoor stijgt het netto-inkomen, wat gevolgen zou kunnen hebben voor de adviespraktijk. Verder staan er in het Hoofdlijnenakkoord veel onuitgewerkte plannen. Eén daarvan is het bevorderen van collectieve bouw en het verzoek aan banken om dit soort initiatieven te ondersteunen met krediet. Dat heeft nog niet direct gevolgen voor hypotheekadviseurs, maar wel als het op termijn meer handen en voeten krijgt. Het is lastig daar nu al concreet iets over te zeggen, maar het is wel goed om hier al bewust van te zijn.’


Geen hoge ambitie voor verduurzaming
‘Waar hypotheekadviseurs wél op korte termijn mee te maken krijgen, is dat de ambities ten aanzien van verduurzaming van de woningvoorraad zijn teruggeschroefd. Het schrappen van de salderingsregeling en het niet verplicht stellen van warmtepompen verlagen de motivatie om te renoveren. Huiseigenaren krijgen te maken met langere terugverdientijden.


Woningbouw stimuleren
‘Er zijn op dit moment weinig transacties op de huizenmarkt. Dat zien we het liefst toenemen. Makkelijker kunnen verhuizen helpt mensen keuzes te maken die beter aansluiten bij hun behoeften, bijvoorbeeld wisselen van baan of kinderen krijgen., Wat daarbij helpt is als er meer nieuwbouw komt. Daarvoor zijn plannen nodig om de woningbouw te stimuleren. Er wordt in dit Hoofdlijnenakkoord vooral vastgehouden aan oude plannen, zoals de doelstelling om 100.000 woningen te bouwen. Maar hoe ze dat precies willen bereiken, wordt niet duidelijk gezegd. De regels worden versoepeld, maar hoe is onduidelijk. Er zijn concretere maatregelen nodig, bijvoorbeeld meer geld voor uitbreiding van de energienetwerkcapaciteit, wat de volgende bottleneck dreigt te worden bij woningbouw.’


Koers wordt voortgezet: nog ‘een straatje erbij’
‘Een op zichzelf effectieve maatregel om de woningnood op te lossen is het plan om woningbouw meer ruimte te geven: ‘een ‘straatje erbij’. Wij moeten daarbij wel oppassen dat er nieuwe woningen komen in dorpen en kleine steden waar weinig vraag is, alleen maar om de bouwdoelstelling te halen. Daarnaast zou ‘een straatje erbij’ kunnen betekenen dat er meer kleinschalige projecten komen op plekken waar we dat eerder nauwelijks hebben gezien. Dat vraagt om creativiteit van makelaars en een gepersonaliseerde aanpak van hypotheekadviseurs.’